Het geheim van succesvolle dutjes on the go: 5 tips

Tip 1 – dutjes on the go: geniet van het moment

Eerst en vooral, probeer te genieten van het moment zelf en laat het allemaal even los. Stressen omdat je baby niet of minder heeft willen slapen voor zijn dutje in de autostoel of de buggy gaat je enkel opleveren dat je vergeet te genieten van het familie uitje op zich.

Het is normaal dat niet elk kind even goed is in dutjes onderweg in de buggy, auto of draagzak, leg de lat voor je baby én jezelf dus niet te hoog. Zie het eerder als een bonus als je baby onderweg toch wat slaap meepikt. En gebeurt dat niet? Dan vang je dat dutje later gewoon op in het eigen bedje. Baby’s zijn flexibel en als jij die rust ook uitstraalt, neem je je kindje daarin mee. Sit back & relax dus! 😎😉

Tip 2 – dutjes on the go: timing is alles

Ongeveer 30 tot 60 minuten na het gebruikelijke tijdstip waarop je baby of peuter zijn dutje in bed zou gedaan hebben, bied je het dutje-on-the-go aan. Dit zorgt ervoor dat je zeker bent dat je kind moe genoeg is gezien de langere wakkertijd, maar tegelijk is je kind nog niet oververmoeid waardoor hij zich net zal verzetten tegen het dutje. Zorg zeker ook voor beweging op dat moment, het is namelijk veel gemakkelijker voor je kind om in slaap te vallen in een rijdende buggy dan in een stilstaande buggy!

Weet je niet goed welke wakkertijd nu ideaal is voor de leeftijd van jouw kindje? Download dan gratis onze handige wakkertijdengids met een overzicht per leeftijd – zo ben je zeker dat je vertrekt op het juiste moment.

Tip 3 – dutjes on the go: creëer een vertrouwde omgeving

Of het nu in de auto, de kinderwagen of de draagzak is, probeer ervoor te zorgen dat de slaapomgeving van je kind vertrouwd en comfortabel aanvoelt. Neem dus zeker de gebruikelijke slaapspullen van je kind mee waar hij een positieve slaapassociatie mee heeft. Denk aan het favoriete knuffeldoekje van zoon- of dochterlief, het speentje, een dekentje, … Haal dit pas boven wanneer het tijd is voor het dutje-on-the-go. Zo geef je een duidelijke slaapsignaal, en zal je kind sneller begrijpen wat er van hem verwacht wordt.

Zeker het speentje hou je best even achter de hand tot wanneer het tijd is voor het dutje. Zo voorkom je dat je kindje het speentje al ‘opgebruikt’ heeft voor hij echt moe is. Je kan het vergelijken met een bedritueeltje onderweg: door vaste elementen toe te voegen die hij ook thuis bij het slapengaan heeft, geef je een gevoel van veiligheid en voorspelbaarheid. En dat helpt je kindje om sneller tot rust te komen, ook buiten zijn eigen bedje.

Tip 4 – dutjes on the go: houd het rustig

Probeer tijdens dutjes-on-the-go lawaai en prikkels tot een minimum te beperken. Gebruik bijvoorbeeld de zonnekap van je koets of een dun deken om je kinderwagen af te schermen zodat je kindje niet wordt afgeleid door mensen die constant passeren. Zet het geluid van witte ruis of knetterende regen op een tablet/telefoon die je op dat moment niet nodig hebt (zet deze wel in vliegtuigstand!! 😉) en leg deze luid genoeg in de buurt van je kind. 

Tip 5 – dutjes on the go: buggy vs draagzak

Voor je het dutje on the go gaat aanbieden is het belangrijk om even na te denken waar je het dutje gaat laten doorgaan. Ga je voor de buggy of voor de draagzak?

Een kindje dat thuis vaak op zijn buik slaapt, zal misschien moeilijker kunnen ontspannen in de buggy waar hij op zijn rug ligt. En een baby die al maanden geen draagzak meer heeft gezien, begrijpt misschien niet meteen wat er gebeurt als je hem ineens weer tegen je aan knoopt.

Probeer in te spelen op wat je kindje gewend is, maar durf ook opnieuw te oefenen. Geef je baby de tijd en ruimte om het even uit te dokteren. Vaak helpt het al om zelf rustig en ontspannen te blijven en vertrouwen te hebben: de vermoeidheid zal het meestal wel overnemen. En lukt het toch niet meteen? Dan is dat ook oké. Elk dutje is een nieuwe kans.