Oorlog. Alleen al het woord roept bij ons als volwassenen emoties op: verdriet, machteloosheid, woede of angst. Laat staan wat het teweegbrengt bij kinderen die, hoe jong ook, vaak meer meekrijgen dan we denken. Ze horen gesprekken aan tafel, vangen flarden op van het journaal of merken gewoon aan onze gezichten dat er ‘iets’ speelt.
Hoe praat je met je kind over de oorlog als je zelf amper begrijpt wat er allemaal gebeurt? Wat vertel je wél en wat laat je liever achterwege? En hoe pas je je uitleg aan aan de leeftijd van je kind?
Als orthopedagoog en opvoedingscoach bij Snuggles & Dreams wil ik je in deze blog enkele duidelijke handvaten geven. Geen pasklare antwoorden want elk kind is anders maar wel concrete tips om dit moeilijke onderwerp op een veilige, rustige en eerlijke manier bespreekbaar te maken binnen je gezin.
Peuters & kleuters (0-5 jaar)
Voor jonge kinderen is het begrip ‘oorlog’ nog te abstract om echt te kunnen begrijpen. Ze leven sterk in het hier en nu en hebben nog niet het denkvermogen om complexe situaties of oorzaken-gevolgrelaties te vatten. Toch kunnen ze emoties en spanningen feilloos aanvoelen. Een bezorgde blik van mama, het opgevangen woordje ‘oorlog’ op de radio of beelden op televisie: het komt binnen, ook al kunnen ze het niet benoemen.
Kinderen onder de 2 jaar scherm je daarom best volledig af. Vermijd nieuwsuitzendingen op de achtergrond, pas op met gesprekken onder volwassenen en hou hun wereldje zoveel mogelijk rustig, voorspelbaar en veilig.
Vanaf ongeveer 2 jaar merk je dat peuters nieuwsgieriger worden. Ze stellen meer vragen, luisteren mee met wat er gezegd wordt en kunnen ook zelf onrustiger reageren, bijvoorbeeld door slechter te slapen of meer vast te houden aan routines. Ze begrijpen de context niet, maar voelen wél de emoties.
Bij kleuters speelt er nog iets extra’s: zij hebben vaak moeite om fantasie en realiteit uit elkaar te houden. Een oorlog lijkt voor hen al snel iets wat ook bij hen thuis zou kunnen gebeuren. Als ze een beeld zien van een kapot huis, kunnen ze denken: “Gebeurt dat straks ook met mijn huisje?” Dat kan heel beangstigend zijn.
In deze fase is geruststelling het allerbelangrijkste. Je hoeft geen grote uitleg te geven. Geef korte, eenvoudige antwoorden, afgestemd op wat je kind vraagt. Beantwoord alleen de vragen die ze stellen, meer hoeft niet. Vertel hen dat zij veilig zijn, dat mama en papa voor hen zorgen, en dat de oorlog ver weg is.
Vermijd schokkende beelden of te veel details en focus op wat hen rust en houvast geeft. Herhaal gerust vaker dat hun wereldje veilig is, en wees extra alert op signalen van stress zoals huilbuien, slaapproblemen of meer nood aan nabijheid.
Lagere schoolleeftijd (6-12 jaar)
Kinderen in de lagere school begrijpen steeds beter wat er zich in de wereld afspeelt. Ze horen verhalen op de speelplaats, leren over oorlogen in de geschiedenisles of vangen flarden op via het journaal of sociale media. Het onderwerp ‘oorlog’ is voor hen minder abstract, en hun vragen worden vaak concreter: “Waarom doen mensen elkaar pijn?”, “Gebeurt dat ook bij ons?”, “Moet ik bang zijn?”
Op deze leeftijd is het belangrijk om open en eerlijk in gesprek te gaan, maar altijd op hun niveau. Peil eerst wat je kind precies weet of denkt te weten. Kinderen vullen zelf veel in als ze geen duidelijk kader krijgen, en dat kan leiden tot misverstanden of onnodige angst. Stel bijvoorbeeld de vraag: “Wat heb je er al over gehoord?” of “Wat denk jij dat oorlog betekent?”
Probeer daarna duidelijke, eenvoudige uitleg te geven, zonder te veel details of schokkende verhalen. Je hoeft niet alles te vertellen wat jij zelf weet. Beperk je tot wat relevant is voor je kind en bied vooral emotionele veiligheid: leg uit dat er wereldwijd mensen zijn die proberen te helpen, dat er afspraken en regels bestaan tussen landen, en dat volwassenen ervoor zorgen dat kinderen zo veilig mogelijk kunnen opgroeien.
Wees ook niet bang om je eigen gevoelens te benoemen, op een manier die hen geruststelt. Je mag bijvoorbeeld zeggen dat jij het ook verdrietig vindt, maar dat jullie samen veilig zijn en dat jullie kunnen praten over alles wat hen bezighoudt.
Merk je dat je kind piekert of bang is? Laat hen tekenen, schrijven of spelen over wat hen bezighoudt. Creatieve uitingen helpen kinderen om emoties te verwerken. En blijf herhalen: “Als je iets wil vragen of vertellen, mag dat altijd.”
Als je met kinderen gaat praten over de oorlog, hou dan onderstaande tips in je achterhoofd:
- Hou het eenvoudig: gebruik eenvoudige taal en leg de basisprincipes uit. Vermijd ingewikkelde termen en details die te verwarrend kunnen zijn of net voor meer angst kunnen zorgen.
- Beantwoord vragen: als een kind vragen heeft over oorlog, beantwoord ze dan eerlijk maar zonder al te veel details. Geef eenvoudige antwoorden op hun vragen.
- Gebruik geschikte boeken en media: er zijn bijvoorbeeld kinderboeken beschikbaar die oorlog of verwante thema’s op een toegankelijke manier uitleggen. Zorg ervoor dat je deze informatie samen raadpleegt, zo kan je vragen meteen beantwoorden of boodschappen kaderen.
- Luister naar hun gevoelens: luister naar hun verhalen en hun daarbij horende emoties. Praat over gevoelens zoals verdriet en angst. Als praten te moeilijk is, kunnen ze eventueel ook een tekening maken.
- Er zijn hulpverleners: geef zeker ook mee dat er veel mensen zijn die helpen, zoals dokters, verpleegkundigen en vredesactivisten. Dit kan je kind geruststellen en hen laten zien dat er lieve mensen zijn die proberen te helpen in moeilijke situaties.
- Bied geruststelling: vertel je kind dat ze hier veilig zijn. Luister naar wat ze zeggen en bagatelliseer eventuele angsten niet.
- Onderneem eventueel actie: misschien voelt je kind zich machteloos. Je kan eventueel voorstellen om iets te doen om geld in te zamelen of spullen te verzamelen om te doneren. Zo hebben ze ook het gevoel dat ze hun steentje bijdragen en iets kunnen betekenen hierin.
- Je eigen gevoelens: wees je ook bewust van je eigen gevoelens. Let ook op met de informatie die je bijvoorbeeld deelt met je partner in het bijzijn van de kinderen. Als jouw kind voelt dat jij angstig bent, kan een kind dit gevoel overnemen of durft hij misschien geen vragen meer stellen.
Tot slot ik graag mee dat elk kind anders is, pas zeker de informatie aan op basis van hun individuele behoeften en reacties. Het is belangrijk om een balans te vinden tussen het informeren van kinderen, maar ook hun emotioneel welbevinden te blijven nagaan. Geef zeker niet te veel informatie ineens. Laat je kind zelf met de vragen komen of als je het onderwerp toch wil aankaarten om te peilen welke informatie je kind al dan niet heeft gehad, maak dan gebruik van open vragen. Wat heb jij al gehoord over de oorlog? Wat weet je al?
Denk ook zeker aan jezelf. Het is voor ons als ouders ook hard om al dit nieuws elke dag te verwerken. Als het voor jou teveel wordt, neem dan even wat tijd en ruimte, scherm jezelf ook af van social media of het nieuws. Je kan er ook over praten met familie of vrienden.
Veel liefs,
Eefke
Opvoedingscoach
#teamsnuggles
Bekijk hier de diensten die Eefke aanbiedt. Je kan bij haar terecht voor een losse consultatie voor al je vragen rond de opvoeding van je kind.