Is je kindje verlegen?

Wat doe je als je kind verlegen is?

Deze blogpost werd geschreven door onze opvoedingscoach, Eefke Willekens.

Als er zich een nieuwe of spannende situatie voordoet is het heel normaal dat je kindje wat verlegen is en steun zal zoeken bij een ouder. Zo zal je kindje dicht tegen je komen staan of wil hij graag even worden vastgehouden.

Zeker bij peuters en kleuters zal dit gedrag zich vaak stellen. Ook oudere kinderen kunnen zich uiteraard verlegen voelen. Elke situatie is ook anders. Zo zou het kunnen dat je kindje in een speeltuin, wel graag kennis gaat maken met andere kinderen, maar wanneer je kindje aangesproken wordt aan de kassa, hij achter je verdwijnt. Dit is uiteraard heel normaal en geen probleem. Het is ook gezond dat je kindje situaties eerst even controleert en inschat en dus niet zonder nadenken of geremdheid contact maakt met iedereen.

Doorgaans zal je merken dat wanneer je kindje zich wat meer op zijn gemak begint te voelen en zich zekerder voelt, hij de stap zal zetten en mama of papa kan loslaten.

Uiteraard zijn er zaken die je als ouders kan doen om je kindje hierin te helpen en te steunen.

Graag zet ik enkele tips op een rijtje.

  • Observeer de situatie samen met je kindje en benoem zelf wat jij ziet. “Hier zijn veel kindjes aan het spelen, hé.”
  • Erken je kindje zijn gevoelens. “Het is best spannend, hé.”. “Ik merk dat je mama stevig knuffelt.” “Het is oké, we kijken even samen.”
  • Gun je kind even deze ‘ontdooitijd’.
  • Bereid je kindje voor. Leg hem uit waar jullie naartoe gaan. Beschrijf vooraf hoe het daar zal zijn of gaat uitzien en wie je kindje er nog zal zien. Je kan zelfs gebruik maken van foto’s hierbij. Je kan ook een eerdere herinnering delen. Bijvoorbeeld: “Weet je nog vorige keer toen we naar het feestje van jouw neefje gingen?”. “Toen zongen we ook ‘lang zal hij leven’ en aten we taart.”
  • Gebruik jezelf als voorbeeld. Laat zien hoe je als ouder in een bepaalde situatie in contact gaat. Vertel ook eens iets tegen een andere ouder, wanneer je bijvoorbeeld in een speeltuin bent.
  • Maak het bespreekbaar. Zo kan je een voorbeeld geven van toen je zelf iets spannend vond in een nieuwe situatie. Je kan ook samen boekjes lezen omtrent dit onderwerp.
  • Geef je kind een vertrouwd object mee. Je kan dit samen met je kind kiezen, een knuffel of een klein speelgoedautootje kan al helpen. Zo zal hij zich al wat veiliger voelen met het vertrouwde object dicht bij hem.
  • Laat je kind regelmatig met andere kinderen spelen. Zo kan je bijvoorbeeld samen met de kindjes van je vrienden afspreken of nodig je een neefje of nichtje uit.

Wat doe je dus beter niet?

  • Je kind dwingen om de stap de zetten, door hem bijvoorbeeld van achter je been uit te trekken en hem voor je te duwen. Of door zijn gevoel te bagatelliseren: “Geef de mevrouw maar gewoon een handje, ze bijt niet hoor.”
  • Ga je kindje ook niet bespelen door bijvoorbeeld te zeggen: “Als je nu niet ‘dank u’ zegt tegen de mevrouw, zal ze heel verdrietig zijn hoor.”
  • Vestig er ook niet de aandacht op, door te zeggen tegen andere mensen, dat je kind ‘verlegen’ is. Zo geef je je kind meteen een ‘etiketje’ en gaat hij zich er misschien naar gedragen.

Probeer een goed evenwicht te vinden in het stimuleren, maar niet te pushen. Geef je kind de ruimte en stel geen te hoge verwachtingen.

Als je kindje er klaar voor is zal hij de stap wel zetten.

Je kan dit ook letterlijk zo verwoorden. “Als jij er klaar voor bent, mag je een keertje gaan kijken.” Je kindje krijgt zo het gevoel zelf de controle in handen te hebben, alsook zal hij sneller geneigd zijn om te gaan, wanneer hij dit vertrouwen krijgt.

Ook wanneer je kind zich meer op de achtergrond houdt in een bekende omgeving, zoals het kinderdagverblijf, is dit ook prima. Misschien zoekt je kindje liever wat rust op. Wanneer deze omgeving rustiger is, doordat er op het einde van de dag al wat kindjes zijn opgehaald, of dat je kindje zelf één van de oudste wordt in zijn groepje, ga je misschien vanzelf merken dat je kindje zich meer op de voorgrond durft zetten.

Elk kind is ook anders en uniek. Sommige kindjes zullen wat meer tijd nodig hebben dan anderen. Alles mag en kan op hun eigen tempo.

Zit je toch helemaal in de knoop met de opvoeding van je kindje? Zie hieronder ons aanbod. Onze opvoedingscoach Eefke helpt je heel graag verder!

Dit bericht heeft 2 reacties

  1. Eefke

    Hi,

    Het is inderdaad niet altijd even gemakkelijk om hiermee om te gaan.
    Vroeger werden zulke uitspraken wel vaker gedaan en degene die deze uitspraken nu doen, hebben deze vast zelf ook ooit gekregen.😉
    Je kan inderdaad gewoon een beetje ‘vertalen’ voor je kind.

    “Er zijn veel mensen hier, dat is even rondkijken en wennen”.

    “Hij zit graag nog even bij mij, zodat hij kan kijken wie er allemaal is”.

    “Het is wat druk hier, wij kijken samen eventjes rustig toe”.

    Probeer dus te vertalen en er verder niet teveel in te gaan.
    Wat betreft het kusje, hierover schreef ik een post op Instagram. Misschien kan deze helpen.
    Deze heet: ‘Je kind mag neen zeggen’.

    SUCCES ☺️

    Liefs,
    Eefke

  2. Jessica

    Bedankt voor deze blog!
    Ik vraag me nog af hoe je best reageert naar anderen toe die je kind wel benaderen op een manier die niet wenselijk is.
    Dit weekend nog zei de tante van ons zoontje (terwijl hij bij mij op schoot zat) ‘Ben jij zo een verlegen scheet?’, meer dan 1x. Ik pakte mijn zoontje zelf steviger vast en zei ‘Ja, hij is verlegen. Dat mag he.’
    Maar ik erger me er dus blauw aan, ook aan het niet respecteren van zijn grens: ‘Ik krijg toch een kus, zeker.’ En dan geven ze hem 1 nog voor ik kon reageren..

Geef een reactie

Deze site wordt beschermd door reCAPTCHA en het Google privacybeleid en servicevoorwaarden zijn van toepassing.