Veel kinderen hebben specifieke objecten of routines waarop ze vertrouwen om in slaap te vallen, dit worden slaapassociaties genoemd. Terwijl deze voor comfort en veiligheid kunnen zorgen, kunnen ze ook problematisch worden als ze interfereren met het vermogen van je kind om zelfstandig in slaap te vallen. Leer in deze blog over gangbare slaapassociaties bij kinderen en strategieën om ze te beheren.
Wat zijn slaapassociaties?
Slaapassociaties zijn objecten of routines waarmee een kind slaap associeert. Dit kan bijvoorbeeld een favoriete knuffel of een bepaald bedtijdroutine of -ritueel zoals borstvoeding of een flesje zijn. Hoewel slaapassociaties comfort en veiligheid kunnen bieden voor kinderen, kunnen ze ook problematisch worden als ze interfereren met het vermogen van een kind om zelfstandig in slaap te vallen. Het begrijpen van gangbare slaapassociaties en hoe je ze kan beheren kan helpen bij het bevorderen van gezonde slaapgewoonten voor je kind.
Wanneer ontstaan slaapassociaties?
Slaapassociaties kunnen zich ontwikkelen bij baby’s vanaf ongeveer 3 maanden oud, wanneer ze beginnen te leren hoe ze zelfstandig kunnen slapen. Dit kan gebeuren wanneer ze een bepaald patroon of ritueel associëren met het in slaap vallen, zoals borstvoeding of wiegen. Daarnaast kunnen slaapassociaties ook ontstaan op latere leeftijd samen met de 4 belangrijkste slaapregressies omdat dit een periode van een grote verandering in de ontwikkeling is. Hoewel slaapassociaties in eerste instantie nuttig kunnen zijn om een baby te helpen kalmeren en in slaap te vallen, is het belangrijk om te voorkomen dat ze afhankelijk worden van deze associaties om te kunnen slapen.
Wat zijn positieve slaapassociaties?
Positieve slaapassociaties zijn associaties die een kind helpen om comfortabel en veilig te voelen bij het in slaap vallen. Dit kan bijvoorbeeld een knuffel zijn, inbakeren, een bepaalde rustgevende activiteit zoals het lezen van een verhaaltje of het luisteren naar witte ruis. Positieve slaapassociaties kunnen helpen om de slaap van het kind te bevorderen en te zorgen voor een gezonde slaaproutine. Het volgen van een voorspelbaar bedtijdritueel is dus een goed idee omdat je kind dit gaat associëren met de bedtijd die dadelijk zal volgen. Hiermee kan hij reeds in de juiste mindset komen om zich dadelijk over te geven aan slaap.
Wat zijn negatieve slaapassociaties?
Hoewel slaapassociaties comfort en veiligheid kunnen bieden voor kinderen, kunnen ze ook problematisch worden als ze interfereren met het vermogen van een kind om zelfstandig in slaap te vallen. Negatieve slaapassociaties zijn associaties die het kind belemmeren om in slaap te vallen of om te blijven slapen. Een speentje of tutje kan bijvoorbeeld een positieve associatie zijn op het moment dat je je kind het speentje geeft, maar kan een negatieve associatie zijn op het moment dat je kind ’s nachts wakker wordt en niet zelf zijn speentje kan terugstoppen. Het draait dus vooral rond wat je kind juist nodig heeft en associeert met slapen en of je kind in staat is deze associaties zelf te bedienen.
Maar een negatieve associatie kan bijvoorbeeld ook schermtijd net voor slapen zijn. Je kind is dit zo gewend en verwacht dus ook die schermtijd voor bedtijd, terwijl dit het inslapen kan moeilijker maken of nachtmerries in de hand kan werken. Een ander voorbeeld is dat je kind steeds met een nachtlampje wil slapen terwijl hij hierdoor steeds vroeger wakker wordt omdat hij hierdoor moeilijker het slaaphormoon melatonine kan aanmaken.
De impact van slaapassociaties op de slaap van kinderen
Slaapassociaties kunnen een aanzienlijke impact hebben op het vermogen van een kind om in slaap te vallen en door te slapen gedurende de nacht. Terwijl sommige associaties, zoals een favoriete knuffel, comfort en veiligheid kunnen bieden, kunnen andere, zoals het afhankelijk zijn van een ouder om ze in slaap te wiegen, problematisch worden. Kinderen die afhankelijk zijn van slaapassociaties kunnen moeite hebben om zelfstandig in slaap te vallen en kunnen vaak ‘s nachts wakker worden. Het is belangrijk voor ouders om vroeg gezonde slaapgewoonten te bevorderen en hun kind geleidelijk af te laten wennen van eventuele slaapassociaties die hun vermogen om zelfstandig te slapen belemmeren.
Tips voor het beheren van slaapassociaties
Het is belangrijk dus om in te zetten op positieve slaapassociaties en negatieve slaapassociaties te verminderen. Weet ook dat een negatieve slaapassociatie voor het ene kind perfect een positieve slaapassociatie voor het andere kind kan vormen. Zo kan het ene kind net beter slapen met een nachtlampje, terwijl het andere hier net slechter door gaat slapen. Wanneer broers en zusjes de kamer beginnen delen, zal je merken dat wat voor het ene kind steeds heeft gewerkt, voor het andere kind misschien niet werkt. Probeer hier waakzaam over te zijn. Lees meer over kinderen die in dezelfde kamer slapen in de blog “Kamer delen met grote broer of zus: 5 tips”.
Als je kind afhankelijk is van bepaalde objecten of routines om in slaap te vallen, zijn er stappen die je kan ondernemen om je kind te helpen gezonde slaapgewoonten te ontwikkelen.
Als je je kind gewoonlijk in slaap wiegt, probeer dan de tijd die je besteedt aan wiegen elke nacht te verminderen totdat je je kind wakker kan wegleggen in bed zonder hem eerst te hoeven wiegen. Je kan ook proberen een overgangsobject, zoals een knuffel, te introduceren om je kind zich veiliger te laten voelen bij het slapengaan. Tot slot, stel een consistente bedtijdroutine vast die kalmerende activiteiten omvat zoals het lezen van een boek of het nemen van een warm bad om je kind te helpen ontspannen voor het slapengaan.
Met geduld en doorzettingsvermogen kan je je kind helpen gezonde slaapgewoonten te ontwikkelen die hem jarenlang ten goede zullen komen.
In mijn cursussen en gidsen hecht ik veel belang aan het inzetten van positieve slaapassociaties voor het ontwikkelen van gezonde slaapgewoontes. Dit kan al vanaf jonge leeftijd! Het speentje wordt vaak na enkele maanden een stoorzender wanneer ouders hier tientallen keren voor moeten opstaan om het telkens terug te geven. Op dat moment adviseer ik dan ook om het speentje weg te nemen, of heel goed te oefenen op het zelfstandig te leren bedienen van het speentje. Weet echter dat baby’s dit meestal pas zullen kunnen vanaf de leeftijd van 7 à 8 maanden. In mijn speentjescursus geef ik je hiervoor alle handvatten die je hiervoor nodig hebt.
Veel succes!
Liefs
Nathalie
Kinderslaapcoach